Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen CIAP, MGUS-polyneuropathie en DVN?

Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen CIAP, MGUS-polyneuropathie en DVN?

CIAP, MGUS-polyneuropathie en dunnevezelneuropathie (DVN) zijn aandoeningen van de zenuwen in de benen en armen, die op elkaar lijken wat betreft de middelbare leeftijd waarop ze meestal beginnen en het soort klachten dat mensen krijgen. Het zijn alle drie aandoeningen die gevoelsstoornissen en vermoeidheid veroorzaken en die hinderen bij het uitvoeren van andere dagelijkse activiteiten. Een andere overeenkomst is dat ze langzaam erger worden.
Er zijn echter wel verschillen tussen de ziekten:

  • DVN is een aandoening van de dunne zenuwvezels die leidt tot een brandende pijn, problemen met het waarnemen van temperatuur en pijn bij druk. Deze klachten zijn vaak (maar niet altijd) gelokaliseerd in de voeten en later de handen. Ook worden organen die door de dunne vezels aangestuurd worden vaak te veel geactiveerd (wat bijvoorbeeld kan zorgen voor verstoring van de bloeddruk, spijsvertering en transpiratie). Bij dunnevezelneuropathie staat pijn dus meer op de voorgrond en zijn verdoofde gevoelens en spierzwakte minder van toepassing. Er zijn factoren bekend die de dunne vezels kunnen aantasten, welke een overlap hebben met factoren die een polyneuropathie (dikke vezels) kunnen veroorzaken, zoals suikerziekte en vitaminetekorten.
  • CIAP is een vorm van polyneuropathie, een aandoening van dikke zenuwvezels. In tegenstelling tot dunnevezelneuropathie zijn deze zenuwen wel door te meten met een zenuwgeleidingsonderzoek (EMG). Spierklachten passen wel bij CIAP maar minder bij dunnevezelneuropathie. Wel kunnen er bij CIAP naast de dikke zenuwvezels, ook dunne vezels aangedaan zijn waardoor pijn en orgaanproblemen ontstaan, maar vaak in mindere mate en pas later in het ziekteproces dan bij dunnevezelneuropathie.
  • MGUS-polyneuropathie ontstaat door een fout in het afweersysteem van het lichaam waardoor naast schadelijke bacteriën en virussen ook de zenuwen worden aangevallen. De overmaat aan afweereiwitten die worden aangemaakt veroorzaakt vooral schade aan het isolatiemateriaal (myeline) en veel minder aan de kern van de zenuw (axon) zoals bij CIAP. Dit verschil van plaats van zenuwschade in de zenuw kan worden aangetoond in een zenuwgeleidingsonderzoek (EMG). De afweereiwitten kunnen worden onderzocht in het bloed.

Bent u patiënt of mantelzorger en heeft u een vraag?

Staat uw vraag niet tussen de veelgestelde vragen? Stel deze vraag dan aan de specialisten van het expertisecentrum via het contactformulier. Zij helpen u graag.
Stel uw vraag